Genesis 32:30

SVEn Jakob noemde den naam dier plaats Pniel: Want, [zeide hij,] ik heb God gezien [van] aangezicht tot aangezicht, en mijn ziel is gered geweest.
WLCוַיִּשְׁאַ֣ל יַעֲקֹ֗ב וַיֹּ֙אמֶר֙ הַגִּֽידָה־נָּ֣א שְׁמֶ֔ךָ וַיֹּ֕אמֶר לָ֥מָּה זֶּ֖ה תִּשְׁאַ֣ל לִשְׁמִ֑י וַיְבָ֥רֶךְ אֹתֹ֖ו שָֽׁם׃
Trans.32:30 = H 32:31 wayyiqərā’ ya‘ăqōḇ šēm hammāqwōm pənî’ēl kî-rā’îṯî ’ĕlōhîm pānîm ’el-pānîm watinnāṣēl nafəšî:

Algemeen

Zie ook: Aangezicht, Gelaat, Jakob, Pniel, Ziel

Aantekeningen

En Jakob noemde den naam dier plaats Pniel: Want, [zeide hij,] ik heb God gezien [van] aangezicht tot aangezicht, en mijn ziel is gered geweest.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יִּקְרָ֧א

noemde

יַעֲקֹ֛ב

En Jakob

שֵׁ֥ם

den naam

הַ

-

מָּק֖וֹם

dier plaats

פְּנִיאֵ֑ל

Pniël

כִּֽי־

Want

רָאִ֤יתִי

gezien

אֱלֹהִים֙

ik heb God

פָּנִ֣ים

aangezicht

אֶל־

tot

פָּנִ֔ים

aangezicht

וַ

-

תִּנָּצֵ֖ל

is gered geweest

נַפְשִֽׁי

en mijn ziel


En Jakob noemde den naam dier plaats Pniel: Want, [zeide hij,] ik heb God gezien [van] aangezicht tot aangezicht, en mijn ziel is gered geweest.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!